De kracht van een kleine gemeente bij cliëntondersteuning

Korte lijntjes en een hoog ‘ons kent ons’ gehalte. Is dat de kracht van een kleine gemeente als het gaat over de ondersteuning van haar inwoners? Volgens gemeente Heeze-Leende wel. Met ruim 16.000 inwoners is Heeze-Leende de kleinste gemeente die deelneemt in het Koploperproject onafhankelijke cliëntondersteuning. Wij spraken erover met een dorpsondersteuner, sociaal makelaar en een beleidsmedewerker sociaal domein.

Gemeente Heeze-Leende heeft ervoor gekozen om onafhankelijke cliëntondersteuning te koppelen aan de toegang, ook wel het Sociaal Team. ‘Als mensen een ondersteuningsvraag hebben komen ze bij het Sociaal Team terecht. Meestal mondt dit uit in een keukentafelgesprek. Als er een afspraak wordt gemaakt voor een gesprek krijgen mensen te horen dat ze daarbij een onafhankelijke cliëntondersteuner kunnen inschakelen. Ook in de uitnodigingsbrief wordt er een melding over gemaakt en worden namen en telefoonnummers gegeven’, aldus Charlotte Kooijmans, beleidsmedewerker sociaal domein in Heeze-Leende. 

Brede onafhankelijke cliëntondersteuning

Waar onafhankelijke cliëntondersteuning in het verleden alleen werd aangeboden rondom Wmo-vragen, pakt de gemeente het in het Koploperproject breder op. Nu wordt onafhankelijke cliëntondersteuning ook actief aangeboden rondom vragen die betrekking hebben op Werk en Inkomen. Daarnaast richt Heeze-Leende zich tegenwoordig ook nadrukkelijk op vragen van ouders met kinderen tot 18 jaar en jongeren zelf (18-). Hierbij worden professionele (formele) onafhankelijke cliëntondersteuners voor jeugd ingezet en ervaringsdeskundigen (vrijwilligers) bij Werk en Inkomen. 

Cliëntondersteuning bij de toegang

Charlotte vertelt waarom cliëntondersteuning pas bij de toegang om de hoek komt kijken. ‘We hebben al veel functies waar inwoners laagdrempelig terecht kunnen met vragen, zoals de sociaal makelaar, dorpsondersteuner, welzijnsconsulent, ouderenadviseur en zorgtrajectbegeleider dementie.’ Om te voorkomen dat inwoners door de bomen het bos niet meer zien is gekozen om de onafhankelijke cliëntondersteuning aan de toegang te koppelen. Daarnaast vervullen de functies waar Charlotte naar verwijst deels al taken die anders worden opgepakt door een onafhankelijke cliëntondersteuner. 

Laagdrempelig

Dat inwoners laagdrempelig met hun vragen terecht kunnen in de gemeente blijkt ook uit wat Truus Joppen (één van de twee dorpsondersteuners in Leenderstrijp) en Riet van den Broek (voorzitter van Stichting Welzijn & Zorg in Leenderstrijp) vertellen. Zij kennen de inwoners van Leenderstrijp en pikken zo tijdig signalen op. ‘Het is vooral bedoeld om de signalen in het dorp op te vangen voor mensen die hulp nodig hebben of graag de weg willen weten naar waar ze hulp kunnen krijgen. Wij verwijzen. Iedereen heeft andere behoeften en dat moet je naar boven zien te krijgen. Dat is onze hoofdmoot’. 

Dit geldt ook voor Yvonne Cuijten (sociaal makelaar in Heeze): ‘Mensen ervaren mijn rol als heel laagdrempelig. Mijn rol is voornamelijk verbinden’. Ze vangt signalen op vanuit inwoners en probeert oplossingen voor hulpvragen zoveel mogelijk te vinden in het informele circuit. ‘Sommige mensen vinden het lastig om hulp te vragen en anderen vinden het juist fijn om hulp te bieden. Ik geef dat extra duwtje in de rug en gebruik daarbij het netwerk dat er al is’. Zo koppelde Yvonne een vrouw die beter Nederlands wilde leren aan een vrouw die een wandelmaatje zocht. Samen gaan zij wandelen en oefenen tegelijkertijd de Nederlandse taal. 

Zowel de dorpsondersteuners als sociaal makelaar vervullen op deze manier taken, zoals het zoeken naar passende oplossingen voor hulpvragen, die vallen onder de functie van een onafhankelijke cliëntondersteuner. 

Ons kent ons

De vier kernen waaruit Heeze-Leende bestaat zijn hechte gemeenschappen. Charlotte vertelt dat er onderling veel saamhorigheid is. Heeze-Leende heeft een groot informeel netwerk van vrijwilligers en een rijk verenigingsleven. Door de verschillende manieren waarop inwoners met elkaar verbonden zijn kennen en ondersteunen mensen elkaar als er iets is. ‘De verbondenheid is gewoon sterk. Dat is echt een voordeel van een dorp ten opzichte van een stad. Ik denk dat dingen daarom bij ons ook anders gaan in vergelijking met grotere gemeenten. Omdat wij een kleine gemeente zijn, zijn de lijntjes heel kort’. 

Zo heeft Charlotte zelf, als beleidsmedewerker sociaal domein, nauw contact met het Sociaal Team en met andere beleidsmedewerkers. Door het thuiswerken tijdens corona is het nu anders, maar normaal gesproken zitten zij - samen met de consulenten van jeugd en de klantmanagers van Werk en Inkomen - dicht bij elkaar in het gemeentehuis. Daarnaast is Charlotte contactpersoon van de sociaal makelaar en de welzijnsconsulent. 

Ook de dorpsondersteuner en sociaal makelaar spreken over de voordelen van een kleine gemeente. ‘De kracht van een kleine gemeente is ‘ons kent ons’. Je loopt een stuk makkelijker bij mensen, vooral ouderen, binnen. Daar hoor je met wie uit het dorp het niet goed gaat. Dit maakt ons werk een stuk makkelijker. Ook hebben we intensief contact met de gemeente. Eens in de drie maanden hebben we overleg met anderen in het gemeentehuis’, aldus Truus. Sociaal makelaar Yvonne vertelt dat in Heeze mensen al veel zelf doen, zoals het Eetpunt in Heeze waar inwoners samen kunnen eten of het regelen van vervoer voor elkaar. ‘Het is aan mij om dat te verbinden’. 

'Omdat wij een kleine gemeente zijn, zijn de lijntjes heel kort'

Truus en Riet adviseren aan grotere gemeenten om ondersteuning wijkgericht aan de pakken. ‘Klein dus, want dan kennen mensen elkaar veel beter. Als dat niet het geval is organiseer dan activiteiten zodat ze elkaar leren kennen’. Door de sociale cohesie te ondersteunen komen er volgens hen meer signalen binnen. 

Keerzijde van ‘ons kent ons’

Zijn er ook uitdagingen om als kleine gemeente inwoners te ondersteunen? ‘Ja, het is af en toe zoeken. Sommige mensen geven aan dat ze bijvoorbeeld geen hulp willen van iemand die ze niet kennen. Ik weet welke contacten ze hebben, dus dan ga ik in een ander netwerk zoeken’, vertelt sociaal makelaar Yvonne. Ook Charlotte krijgt signalen binnen over dat mensen niet snel hun vuile was buiten hangen. ‘Als er een probleem is, bespreken ze dat niet zo snel met anderen en wachten vrij lang met hulp inroepen. Ook de onafhankelijke cliëntondersteuner kan een bekende van de hulpvrager zijn, wat er soms voor zorgt dat mensen er liever geen gebruik van maken. 

De gemeente wil dat het Sociaal Team laagdrempelig is voor inwoners. In de praktijk blijkt dit helaas niet altijd het geval. Charlotte vertelt dat inwoners het Sociaal Team als drempel kunnen ervaren omdat het bij de gemeente hoort. 

Met de voeten in de klei

Zowel de dorpsondersteuner als de sociaal makelaar hebben een preventieve functie in Heeze-Leende. Doordat Yvonne en Truus zelf met de voeten in de klei staan vangen zij signalen op, leggen verbindingen en verwijzen waar nodig mensen door naar de gemeente. Dit is de kracht van een hechte gemeenschap. Waar normaal onafhankelijke cliëntondersteuning een middel is naar het doel, is dit middel in Heeze-Leende al deels door andere functies opgevuld. Zo vervullen de dorpsondersteuner en sociaal makelaar zelf al verschillende taken die vallen onder de functie van een onafhankelijke cliëntondersteuner. Daarnaast kunnen zij inwoners doorverwijzen naar een onafhankelijke cliëntondersteuner. Dit verklaart waarom Heeze-Leende als koploper heeft gekozen om cliëntondersteuning bij de toegang in te zetten en door te ontwikkelen, in plaats van in het voorliggend veld. 

Door Pien van der Sanden, stagiaire Koploperproject Onafhankelijke Cliëntondersteuning